Hij stimuleerde haar tot het schrijven van een radiofeuilleton getiteld Hej ’t al heurd, Coba. Een succesvol “revelratelroddelpraotien”. Ze schreef ook vaak in Oeze Volk, een Drentstalig tijdschrift. Bekend is o.a. de rubriek Naoberpraotien. De bijdragen zijn anekdotisch van karakter, hebben vaak een humoristische ontknoping en kunnen getypeerd worden als karakterstukjes. Naast korte verhalen schreef ze ook gedichten. De poëzie van Bonnie Veendorp is conventioneel van vorm en inhoud en daardoor toegankelijk voor een breed publiek. Het schrijven voor kinderen kostte haar minder moeite. Voor haar jarenlange (meer dan 40 jaar) bijdragen aan het tijdschrift Oeze Volk, werd ze in 2010 onderscheiden met de Roel Reijntjespries.
Bibliografie
Radiofeuilleton: Hej ’t al heurd, Coba?
1959 debuut in Oeze Volk
1962 rubriek Naoberpraoties, in 1978 zijn Naoberpraoties en Drentse verhalen en gedichten gebundeld bij Hummelen Assen
1983 Nije Naoberpraoties en Karstfeest ( beide bij Hummelen)
1986 Drents Veurleesboek (druk Krips Repro Meppel)
Werk van Bonnie Veendorp verscheen in veel bloemlezingen, zoals De Brummelval (1960), Dichtersriege (1966), Op de gribbelgrab (1968), Stoelendaans (1985), Midwinter in het olde landschap (1984 en 1991) en Kersttied (2002).
In 2004 verscheen er een videoportret over haar leven en werk, getiteld “Een kwetsbaar hart”.
Sinds 2011 is er in De Falieberg in Zuidwolde een Drentstalige kindervoorleesroute onder de naam Bonnies Kuierpadtien, met diverse gedichten van Bonnie Veendorp.